In de herfst van 1982 betrad AMG stilletjes de Britse markt via Strattons uit Wilmslow, Cheshire. De eerste introductie was verre van een spetterende lancering; Autocar vermeldde de Duitse firma kort als specialist in het personaliseren van Mercedes-Benz-voertuigen. Deze vroege fase werd bepaald door aanpassingen – bodykits, verlaagde ophanging en prestatieaanpassingen – die werden verkocht via onafhankelijke dealers zoals Duncan Hamilton & Co.
Het eerste met AMG verbeterde voertuig dat in Groot-Brittannië werd gezien, was een 500 SEC, met aftermarket-onderdelen van Rial (wielen) en Koni (ophanging) naast AMG-componenten. Deze vroege conversies waren gericht op visuele agressie (legeringen in carrosseriekleur, spoilers) en verbeteringen in het rijgedrag, wat een merkbaar scherpere rijervaring opleverde. Tests op de weg bevestigden dat de aangepaste coupé “laag, gemeen en doelgericht” aanvoelde, met minder rolbewegingen en strakkere bochten zonder dat dit ten koste ging van het rijcomfort.
De echte omslag kwam echter in 1989 met de AMG 300 CE coupé van Strattons. Tegen die tijd was AMG geëvolueerd van een tuner naar een nauw geïntegreerde partner met Mercedes-Benz, waarbij het toegang kreeg tot technische gegevens en zijn faciliteiten uitbreidde met CNC-bewerkingen, windtunnels en testen op rollenbanken. Ondanks deze vooruitgang werden Britse conversies nog steeds afgehandeld door Strattons, waarbij AMG motoren leverde terwijl de dealer carrosserie- en ophangingsupgrades uitvoerde.
De wijzigingen aan de M103 zescilindermotor van de 300 CE waren uitgebreid: een krukas met langere slag verhoogde de cilinderinhoud tot 3,2 liter, zuigers met hoge compressie verhoogden de compressieverhouding en op maat gemaakte nokkenassen optimaliseerden de kleptiming. Het resultaat was een vermogenstoename van 188 pk naar 245 pk, waardoor de tijd van 0 naar 160 km/u met bijna 5 seconden werd verkort. De ophanging werd ook geüpgraded met stijvere veren, Bilstein-dempers en Dunlop-banden met laag profiel.
Het rijgedrag van de AMG 300 CE werd omschreven als “evenwichtig en evenwichtig”, hoewel het respect afdwong, aangezien plotselinge slippen van de staart konden optreden op koude banden of natte wegen. Ondanks deze risico’s voelde de auto zich veilig bij hoge snelheden, wat vertrouwen wekte dankzij zijn rotsvaste stabiliteit.
Het prijskaartje voor deze prestatie-upgrade was hoog: £ 70.000 (gelijk aan £ 186.000 vandaag), en de auto was niet zonder gebreken: slecht gemonteerde spoilers, lakonvolkomenheden en remvervaging werden opgemerkt. Toch viel de transformatie niet te ontkennen, wat duidde op het toekomstige potentieel van AMG’s meest ambitieuze projecten, zoals de geruchten W124 sedan met een 400 pk sterke V8.
De aanvankelijke aanwezigheid van AMG in het Verenigd Koninkrijk werd gekenmerkt door subtiliteit, maar legde de basis voor een erfenis van hoogwaardige techniek die uiteindelijk het merk Mercedes-Benz opnieuw zou definiëren.
